Hieronder kunt u lezen hoe u in enkele stappen uw woning kunt opmeten. Let op: voor een daadwerkelijke meting dient de “Meetinstructie bepalen bruto inhoud woningen volgens NEN 2580” gehanteerd te worden. Om de stappen overzichtelijk te houden zijn niet alle details van de Meetinstructie overgenomen.
Stap 1
Meet per bouwlaag het bruto vloeroppervlak van de woning langs de buitenkant gemeten.
Dus inclusief alle binnen en buitenmuren. Woningscheidende muren voor de helft (uw deel).
Stap 2
Meet de hoogte van de bouwlaag vanaf bovenkant vloer tot bovenkant vloer van de volgende
bouwlaag. Is de dikte van de vloer niet te bepalen, hou dan 30 cm aan.
Onderste bouwlaag: tel 40 cm (voor de vloer) op bij de gemeten hoogte
Bovenste bouwlaag met plat dak: Dak voor 25 cm meetellen.
Bovenste bouwlaag met kapconstructie: zie stap 4.
Stap 3
Vermenigvuldig per bouwlaag de uitkomsten van stap 1 en stap 2 met elkaar
Stap 4
Indien sprake is van een regulier zadeldak of lessenaarsdak wordt de inhoud van het gedeelte onder
de schuine kap berekend door de bruto vloeroppervlakte van dit deel te vermenigvuldigen met het
gemiddelde van de laagste en de hoogste hoogte. Bij het bepalen van deze hoogten wordt gemeten
vanaf de vloer tot aan de (nok)balk. Bij de gemeten hoogte wordt 30 cm. opgeteld voor de erboven
gelegen balk tot en met het dak (de nok) van de woning.
Voer eventuele correctie uit voor dakkapellen etc.
Indien sprake is van een complexere dakconstructie, verdeel de bruto vloeroppervlakte in zodanige
delen dat op basis van een gemiddelde hoogte op overeenkomstige wijze gerekend kan worden.
Stap 5
Tel de diverse verdiepingen bij elkaar op en u heeft de bruto inhoud.
Attentie
• Inpandige garages en bergingen meetellen.
• Overdekte gebouwgebonden buitenruimten meetellen.
• Niet overdekte gebouwgebonden buitenruimten tot een hoogte van 150 cm.